Decertificering van aandelen
Precies een jaar na de uitspraak van het Hof Amsterdam van 24 juli 2018 (ECLI:NL:GHAMS:2018:2640, JOR 2018/270, m.nt. R.A. Wolf), waarin een vordering tot decertificering centraal stond, oordeelt de voorzieningenrechter van de Rechtbank Limburg, locatie Maastricht (ECLI:NL:RBLIM:2019:6873) over dezelfde materie. Ook ditmaal is het een afwijzing van die vordering.
Rogier Wolf schreef voor Jurisprudentie in Nederland, rubriek Ondernemingsrecht een noot onder deze uitspraak. Klik hier om zijn noot te lezen.
De wellicht meest bekende uitspraak over decertificering is het Kluft/Distrifood-arrest (Hof Amsterdam 29 januari 1995, KG 1995, 192). In die kwestie werd een vordering tot decertificering in kort geding toegewezen, onder meer omdat (i) alle certificaten in één hand terechtgekomen waren en (ii) de eigenlijke ratio aan de certificering was komen te ontvallen. In dat arrest ging het, anders dan in deze casus, om niet-royeerbare certificaten.